Vuur is de tweede psychologische thriller van de hand van Viviane Gerrits (1956). De in Antwerpen geboren gezondheidspsychologe heeft een fascinatie voor het verklaren van gedrag van mensen. Naast haar werk als psychologe is begonnen met het schrijven van korte verhalen en de feelgood-romans; Hond in een kegelspel (2015) en Witte zwanen, grijze zwanen (2016). In haar thrillerdebuut Ik weet wat jij deed (2019) heeft Gerits haar psychologische kennis en fascinatie al weten samen te brengen met haar schrijftalent.

In Vuur is ook duidelijk die psychologische kant van Gerits terug te lezen. De lezer wordt meegenomen in het verhaal van Merel. Het begint op een parkeerplaats in de buurt van Lyon, waar Merel voor haar vriend Patrick koffie gaat halen. Als ze terugkomt staat alleen haar koffer er nog en is Patrick verdwenen. Hoe ze in deze situatie terecht is gekomen, is meteen de eerste van de vele tijdswisselingen die dit boek kenmerkt. Het ene moment zijn we terug in de roerige jeugd van Merel en op het andere moment beleven we momenten uit de relatie tussen Merel en Patrick.

Slechts met haar koffer op de parkeerplaats staat Merel voor de keuze, vluchten of wachten tot Patrick terugkomt. Ze kiest voor het eerste door bij Emma in de vrachtwagen te stappen. Ze is eindelijk verlost van Patrick. Eindelijk vrij om te een eigen leven op te bouwen en weer de Merel te zijn die ze voor haar ‘Patrick’ was. Maar is ze echt vrij?

Samen met Emma reist ze terug naar Antwerpen, waar ze bij Emma en haar broer Joris onderdak krijgt. Samen halen ze haar eigen spullen op uit het huis waar ze Patrick woonde. Naast haar eigen spullen vindt ze in zijn kamer een harde schijf van Patrick. De informatie die daarop staat is voor haar een vreselijke ontdekking die van grote invloed is op de veiligheid van haar én op die van Patrick. Ook al lijkt Merel bij Joris en Emma een warm en veilig thuis te hebben gevonden en helpt Joris haar aan een baan; de stilte van de verdwenen Patrick blijft haar angst aanjagen. Waar is hij? Wat is hij van plan? Is hij dood of bereidt hij een plan voor om haar terug te halen? Wie kan ze vertrouwen en wie niet? De angsten die Merel heeft, nemen haar regelmatig mee naar haar leven met Patrick en het misbruik van haar stiefvader in haar jeugd. Dit bezorgt haar slapeloze nachten. Wordt haar grootste angst werkelijkheid?

In het begin van Vuur blijf je ook als lezer wat lang hangen in deze spanning en onzekerheid. Pas na ongeveer driekwart van het boek komt de vaart er echt in pakt het verhaal van Merel je meer. De schrijfstijl van Gerits wordt dan ook meer beeldend, waardoor de lezer een beter beeld krijgt van de levensbedreigende en gruwelijke situatie waarin Merel terecht komt. Hier is de spanning die Merel beleeft voelbaar en verandert het boek in een pageturner. Hoe komt ze hieruit en wat is de rol van Joris?

Als kritische noot moet wel worden genoemd dat het taalgebruik in het boek erg Vlaams is en de woordkeuze voor de lezer uit Nederland soms doet afleiden van het verhaal. Dit haalt het tempo en de spanning uit het boek. Daarnaast is geschreven met korte, ietwat opsommende zinnen, die niet altijd tot de verbeelding spreken. Dit zou Gerits voor een volgende thriller nog kunnen verbeteren.

Vuur is een echte psychologische thriller met mooie tegenstellingen. Het gaat over ontluikende liefde tegenover misbruik, over ogenschijnlijke rust tegenover doodsangst en over vriendschap tegenover wantrouwen.