Overslaan en naar de inhoud gaan
1>Interview - Pjotr Vreeswijk Onlangs verscheen Masterplan, het debuut van Pjotr Vreeswijk bij uitgeverij Letterrijn. Pjotr is een politieagent in Scheveningen, die een paar jaar geleden besloot een boek te gaan schrijven nadat hij een aantal oude aantekeningen in zijn schuur had gevonden. De aantekeningen bevatten verhalen die hij tijdens zijn jeugd had geschreven en die sindsdien langzaam uit het geheugen waren verdwenen. Het kriebelde op dat moment al een tijdje bij hem, hij was net de veertig gepasseerd en vroeg zich af wat hij met de rest van zijn leven zou doen. Het schrijven bleek voor Pjotr een schot in de roos. Masterplan werd een feit en inmiddels is hij al weer een eind op weg met het schrijven van een tweede boek. Zo’n anderhalve week geleden trof ik Pjotr in de Stationshuiskamer van het Centraal Station van Den Haag om over Masterplan te praten. Allereerst van harte gefeliciteerd met je debuut. Hoe is het om een gepubliceerde schrijver te zijn? Dat is een beetje een dubbel gevoel eigenlijk. Als je aan het schrijven bent maak je je daar allerlei voorstellingen bij. Hoe zal het zijn en hoe zal het voelen om gepubliceerd te zijn? Ik heb het verhaal grotendeels bij de vestiging van Douwe Egberts Café in Nieuw Babylon in Den Haag geschreven. Het schrijven is een proces waar je gaandeweg naar toe groeit en als het dan zover is dan is het gewoon zo. Dat neemt niet weg dat ik heel tevreden en trots ben. Alleen het schept ook weer verwachtingen, ook naar jezelf. Je hebt ooit gezegd dat je graag een boek zou schrijven dat je zelf graag zou willen lezen. Als ik bij jou thuis bij de boekenkast zou staan, wat zou ik daar dan aantreffen? De meeste boeken die je aan zult treffen zijn niet van mij. Die zijn bijna allemaal van mijn vrouw, die leest echt heel veel. Mijn boeken kun je er zo tussenuit halen. Dat zijn er vier van Dan Brown, de John Smith-reeks van Robert Ludlum en wat boeken van David Baldacci. Had je het verhaal van Masterplan al helemaal in je hoofd zitten toen je begon met schrijven of heb je het een paar keer bijgesteld tijdens het schrijven? De verhaallijnen had ik al wel in mijn hoofd, de personages ook, maar een einde had ik nog niet. Ook had ik nog geen idee hoe de verschillende lijnen bij elkaar zouden komen. Ik merkte gaandeweg het schrijven bovendien dat ik mijn eigen beeld  over het verhaal een beetje aan het bijstellen was. Er zijn ook heel veel dingen veranderd tijdens het verhaal. Het geheime wapen was eerst heel wat anders, later kwam ik er achter dat het te ongeloofwaardig over kwam. Hoe lang heb je over het schrijven gedaan? Ik weet dat niet zo heel precies meer, maar ik ben ongeveer vier jaar geleden met het verhaal begonnen. Ik ben gewoon gaan tikken, maar ik had geen flauw idee hoe je een boek moest schrijven. Ik heb daar niet voor geleerd en ook geen cursussen voor gevolgd. Ik heb ooit wel een workshop gevolgd bij Marelle Boersma. Dus het heeft lang geduurd. Ook deels mijn eigen schuld, want voordat ik het naar een uitgever stuurde, wilde ik het laten redigeren. Dat heb ik hoofdstuk voor hoofdstuk laten doen om de kosten een beetje te spreiden. Toen ik uiteindelijk alles terug had gekregen vond ik het allemaal eigenlijk niet meer zo leuk en heb ik alles overgeschreven en heb ik het opnieuw laten redigeren. Ik heb er uiteindelijk twee keer zo lang over gedaan als nodig, denk ik. Wanneer is het idee voor het verhaal ontstaan? Ik wilde sowieso een boek schrijven. Ik zag om me heen allerlei mensen studies oppakken en ik wilde zelf ook iets gaan doen. Ik vond een multomap in mijn schuur met allerlei handgeschreven verhaaltjes en dat is eigenlijk een beetje het startsein geweest. Toen ontstond meteen ook het idee dat ik een verhaal moest schrijven dat ik zelf wilde lezen en dat is altijd de basis geweest. Waar het verhaal ook over zou gaan, ik moest het zelf willen lezen.  Je moet dat alleen natuurlijk wel kunnen. Veel van wat ik lees zou ik zelf absoluut niet kunnen schrijven. Ik sla zelf ook hele stukken over waar het voor mij te technisch wordt. Ik heb de technische details in het boek zoveel mogelijk proberen te vermijden, omdat het vreselijk moeilijk is over te schrijven en omdat het voor de meeste lezers vermoedelijk ook helemaal niet interessant is. En alles wat ik niet leuk vindt om te lezen heb ik er niet ingeschreven. Je bent op vrij late leeftijd gedebuteerd. Heb je ooit eerder aan schrijven gedacht? Nee, ik was met hele andere dingen bezig. Ik ben leerling- tatoeëerder geweest, ik heb bas en drum gespeeld in diverse bandjes, ik heb eigenlijk van alles geprobeerd om me te ontplooien. Het idee dat ik iets zou kunnen schrijven zag ik opeens in een flits voorbijkomen. Ik had daar meteen een goed gevoel bij. Ik geloof er in dat je die dingen moet doen die goed bij je passen, die je leuk vindt om te doen. En is het leuk om te schrijven? Ik vind het het leukste dat er is. Is het ook niet veel ploeterwerk? Het is zeker ook ploeteren. Het gebeurt me echter zelden of nooit dat ik vastloop. Ik heb constant nieuwe ideeën en die zet ik dan meteen in mijn mobieltje. Komen die gedachtes ook wel eens op ongelegen momenten, dat je bijvoorbeeld 's nachts wakker wordt? Ja, dat gebeurt zeker. Bijvoorbeeld op het werk of als ik mijn hond uitlaat. Dan tik ik snel een paar woorden in mijn telefoon die ik dan later kan uitwerken. Gisteren overkwam het me nog. Ik ben inmiddels met mijn tweede verhaal bezig en het liep op een bepaald punt niet helemaal zoals ik het wilde. Ik voelde een zekere druk, want ik wil dat het tweede boek  minimaal van hetzelfde niveau is als Masterplan en eigenlijk liever beter. En ineens begreep ik tijdens het sporten wat er niet klopte en wist ik wat ik uit het verhaal moest halen om het weer kloppend te krijgen. Ik kan me voorstellen dat je juist op ideeën komt als je juist even niet met een verhaal bezig bent omdat je dan even je hoofd leeg hebt kunnen maken. Ja, maar ik loop toch wel voortdurend met mijn verhalen in mijn hoofd, hoor. Ik ben bijvoorbeeld bezig met een bodypumples met dertig andere sporters om me heen en dan komt er weer een idee. Het laat me nooit los. Ben je dus eigenlijk verslaafd aan schrijven? Dat ben ik wel geworden, ja. Het is voor mij ook een reis in mezelf. Wat ik heb geschreven is niet loodzwaar, ik vind het ook geen hogere wiskunde, maar het geeft mij heel veel vrijheid, Ik kan gaan en staan waar ik wil zonder dat er sprake is van belemmeringen als geld en tijd. Het is dus echt je eigen fantasie uitleven. Zeker, maar het gaat ook om wat ik voel en wat ik denk. Ik denk dat iedere schrijver ook wel een beetje over zichzelf schrijft. In hoeverre lijkt Alex, de hoofdpersoon van Masterplan, op Pjotr Vreeswijk?  Dat is meer geworden dan ik in eerste instantie van plan was. Dat had ook met mijn onervarenheid te maken. Ik praat over de jeugd van Alex, maar heb dat vrij oppervlakkig gehouden. Toen ik dit schreef had ik niet het idee dat veel mensen dit zouden gaan lezen, dus ik heb er in kunnen zetten wat ik zelf wilde en dat mensen het boek zouden gaan lezen en daar een idee over zouden gaan hebben daar was ik helemaal niet mee bezig. Ik heb niet mijn best gedaan om jou iets te laten zien. Ik herken mezelf vooral in zijn daden en hoe hij denkt en omdat het ook een beetje een antiheld is. Eigenlijk is hij nogal onzeker. Wat dat betreft doen de vrouwen het eigenlijk beter.  Wat vindt je vrouw eigenlijk van je schrijfverslaving? Valt het te combineren met het gezinsleven? Jawel, ik hoef me niet op te sluiten om te schrijven. Ik schrijf gewoon waar iedereen bij is. Ik zit bijvoorbeeld achter in de woonkamer aan de grote tafel te tikken; als de kinderen op bed liggen dan schrijf ik op de bank en mijn vrouw kijkt dan gewoon naar de tv. Zij vindt het ook hartstikke leuk dat ik schrijf, ze ziet dat ik er van geniet, en ze is nu het boek is gepubliceerd en er leuke reacties binnen komen gewoon beretrots op mij. Dat vind ik natuurlijk superleuk en het schrijven heeft me gewoon ook rustiger gemaakt. Het moet fijn zijn om die steun vanuit het gezin te voelen. Zeker en daarom wilde ik het boek ook uitdrukkelijk aan hen opdragen. Mijn gezin staat boven alles. Waarom speelt het verhaal zich eigenlijk af in Soedan en Argentinië? Ik zocht in eerste instantie een plek waar het verhaal dat ik in mijn hoofd had af zou kunnen spelen. Ik wilde het verhaal ook groots maken en er niet een Baantjer-achtig verhaal van maken. Dat heb ik overigens wel geprobeerd. Daar ben ik na drie hoofdstukken mee gekapt, ik wilde geen politieman in een bureau die bepaalde zaken wil oplossen als rechercheur, daar zat voor mij geen spanning in. In een woestijngebied zoals je die in het zuiden van Soedan aantreft, gebeuren veel dingen die nooit het nieuws halen. Had je het gevoel dat je daardoor meer creatieve vrijheid had? Zeker! Ik kan er over vertellen wat ik wil. Want niemand is er geweest. Khartoem is bovendien een film die ik ooit gezien heb, dertig jaar later popte die film op in mijn hoofd en ik wilde daar echt iets mee doen. Ik vind het echt ontzettend gaaf dat ik die stad zo’n prominente rol in het boek heb kunnen geven. Je woont en werkt in Den Haag. Ooit overwogen om een verhaal daar plaats te laten vinden? Op dit moment zie ik dat niet zitten. Ik heb er wel over nagedacht en ik heb me tijdens het schrijven van Masterplan ook wel eens afgevraagd of er wel vraag is naar zo’n internationale plot. Ik ben dan ook blij dat Masterplan zo goed ontvangen is. Ik lees in veel commentaar op je boek dat het zo on-Nederlands is. Nou heb ik zelf niet zo veel met dat woord, maar het is wel zo dat er bij mijn weten geen Nederlandse schrijver is die op deze manier zo’n internationaal plot heeft geschreven. Dat trok me ook meteen aan. Ik ben ooit begonnen met een Nederlands plot, maar ik werd daar gewoon niet vrolijk van. Ik ben dat gaan schrijven vanuit de gedachte dat anderen dat leuk zouden vinden. En dat is niet waar het om gaat. Ik moet het zelf leuk vinden om te doen. Het is mijn ding. Ik ben geïnspireerd door Amerikaanse schrijvers. Het eerste boek dat ik in mijn volwassen leven van een Nederlandse auteur heb gelezen is vorig jaar geweest. Dat zegt ook iets over mij. Ten eerste dat ik geen grote lezer ben en ten tweede dat ik fan ben van dit soort grootse plots. Ik moet toegeven dat ik zelf ook niet zo vaak boeken van Nederlandse auteurs lees. En waarom doe jij dat eigenlijk niet? Er zijn al zoveel internationale schrijvers die ik lees. Ik ben zelf bijvoorbeeld een groot King liefhebber en zo zijn er nog veel meer auteurs die ik volg. Helaas blijft daardoor weinig tijd over voor Nederlandse thrillerschrijvers, die ik eerlijk gezegd ook niet altijd goed uit elkaar kan houden. Er zijn best veel thrillerauteurs op de Nederlandse markt. Je bent daar zeker niet alleen in. Kijk maar naar de stapels boeken in de boekhandel. Daar liggen veel Amerikaanse en Scandinavische schrijvers. En om terug te komen op je eerdere opmerking dat mijn boek als on-Nederlands wordt aangemerkt, dat vind ik toch supermooi om te horen. Ik hoop zo op deze manier door te gaan en over een paar jaar een stuk of vier boeken afgeleverd te hebben. Dan ben ik echt helemaal een happy camper. Je bent in het dagelijks leven politieagent. In hoeverre heeft je dat geholpen bij het schrijven van het boek? Heel veel. Ik kan sowieso putten uit de ervaringen die ik zelf op straat heb meegemaakt. Ik heb in mijn vijftien jaar bij de politie te maken gehad met diverse geweldsituaties. Ik weet hoe het is om een huis binnen te stappen met een groep mensen, ik weet hoe het is om een pistool op iemand te richten en ik weet hoe het is om te schieten. Bovendien heb ik door de vele processen-verbaal die ik op heb moeten stellen ook leren schrijven.  Kan dat laatste ook een handicap zijn? Processen-verbaal zijn natuurlijk ambtelijke stukken en voor een roman heb je toch een andere schrijfstijl nodig. Jij hebt het boek gelezen. Heb je het gevoel dat je een proces-verbaal hebt gelezen? Absoluut niet. Overigens denk ik dat het wel een nadeel kan zijn. Ik heb ook met opzet al het politiejargon er uit gelaten. Ik ben een politieman en steek dat ook niet onder stoelen of banken, ik denk dat ik het juist ook gebruik, alleen hoeft de lezer dat niet in mijn boek te lezen. Ik moest tijdens het lezen van Masterplan soms denken aan de stripboeken die je vroeger had met van die grote stukken tekst aan de onderkant en die vol avonturen zaten over bijvoorbeeld kwaadaardige raketgeleerden. Ik snap wat je bedoelt. Ik heb niet mijn best gedaan om een hoogwaardig literair stuk van te maken, want eerlijk is eerlijk, dat kan ik dat helemaal niet. Masterplan is eigenlijk een beetje een jongensboek, waarbij ik deels ben geïnspireerd door de jeugdboeken over geheim agent Lennet. Maar ook door schrijvers als Andy McNab of Clive Cussler, die me ook altijd hebben aangesproken. Ik hou van simpelheid, je moet een boek ook kunnen lezen met een hoop herrie om je heen. Dat is wat ik wil. Wat was de grootste uitdaging tijdens het schrijven van masterplan? Was dat het verhaal, het neerzetten van de personages of het schrapwerk? De grootste uitdaging was voor mij het overwinnen van mijn eigen onzekerheid. Bij het redactiewerk keek ik altijd eerst naar het commentaar dat ik kreeg. Ik wilde meteen weten of daar negatieve opmerkingen bij zaten en of er stukken zouden worden afgekraakt. Die onzekerheid ging een enkele keer zover dat ik daardoor na een redactioneel commentaar van mijn uitgever een stuk helemaal kapot heb geschreven. Ik kreeg toen van mijn uitgever te horen dat ik de vaart uit het verhaal had gehaald en dat was natuurlijk vreselijk om te horen. Ik had een stuk dat eerst goed was door eigen toedoen helemaal om zeep geholpen. Die onzekerheid kwam mede doordat ik mijn werk met dat van andere schrijvers vergeleek. Ik dacht dan: dit is zo goed, dit kan ik nooit. Ik dacht constant: waar ben ik aan begonnen? Ben ik wel goed genoeg? Ik kan me dat wel voorstellen. Je schrijft toch maar even een boek van meer dan driehonderd pagina’s. Ga er maar aan staan. Ja, en toch gaat het - gek genoeg - wel weer heel automatisch allemaal. Ik ben met mijn tweede boek inmiddels alweer 60000 woorden ver. Ik denk eigenlijk nauwelijks na tijdens het schrijven, het is bijvoorbeeld niet zo dat ik denk: waar ga ik eens een spanningsboog neerzetten, of: hoe ga ik dat dan doen? Het is meer de twijfel die in mezelf zit dan dat ik constant vraagtekens zet bij het verhaal dat ik schrijf. Ik las ooit eens een blog, getiteld: Schrijver of charlatan. En ik dacht: ja, Pjotr, je kunt nu wel enthousiast zijn, maar straks als het verhaal moet worden gepresenteerd, hoe gaat het dan worden ontvangen? Neem nou zo iemand als Max van Olden, ondertussen een maatje van me, die ik op 'De avond van het spannende boek' heb leren kennen. Toen ik zijn boek Lieve Edelachtbare las, deed dat gewoon pijn in mijn ogen, zo ontzettend goed vond ik dat boek geschreven. Ik dacht: dat niveau haal ik helemaal nooit. Nu Masterplan is verschenen ben ik daar wel een beetje over heen. Ik sta ook echt honderd procent achter mijn debuut. Wat zijn de grootste afleidingen tijdens het schrijven? Social Media. Daar wordt ik soms knettergek van. Als ik aan het schrijven ben dan hoor ik mijn telefoontje constant geluiden maken en raak ik telkens weer afgeleid. Dat kost me veel tijd en zuigt veel van mijn energie op. Tegelijkertijd is Social Media ontzettend belangrijk, want als niemand weet wie je bent dan zal niemand je lezen ook al schrijf je nog zo’n goed boek. Wat kunnen we in de toekomst van je verwachten? Ik heb een paar weken niet zoveel geschreven aangezien op een gegeven moment alle aandacht uitging naar het hele gebeuren rondom de verschijning van Masterplan. Ik zat echter voor mijn gevoel nog helemaal in de flow en ik wilde voortborduren op het verhaal met Alex. Het verhaal is trouwens los te lezen van Masterplan en er komen twee nieuwe en onwijs gave personages in voor, waarvan ik nu al weet dat er één een eigen boek moet krijgen. Alex zal zelf ook wat meer achtergrond krijgen in het vervolg. Lees hier de ThrillZone-recensie van Masterplan. En tot 9 januari 2017 kun je je nog inschrijven met de speciale SNERT-Leesclub op ThrillZone: klik hier.  
Afbeelding
geen
Marinus van de Velde
Ik ben Marinus van de Velde, van bouwjaar 1984. Ik mag mezelf de eigenaar noemen van ThrillZone! Ik lees al van jongs af aan. Mijn interesses liggen breed; Scandi, Nederlandstalig, spionage, maar ik vind Baldacci en Lee Child bijvoorbeeld ook geweldig. Lezen voor ThrillZone betekent soms het oprekken van je comfortzone en dat lukt goed!

Reactie toevoegen

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.