Overslaan en naar de inhoud gaan
strong>Wanneer was de laatste keer dat je iets voor de eerste keer hebt gedaan? Problemen ontdekken is even belangrijk als problemen oplossen.Leo Apostel Over die vraag moest ik even nadenken, maar al snel kwamen de herinneringen aan dat gevoel van iets voor de eerste keer doen weer naar boven. Zoals een paar maanden geleden met stoepkrijt. En dat twee keer zes letters voldoende waren om 800 mensen per dag naar binnen te lokken om schrijvers te ontmoeten en boeken te kopen. En dat drie dagen op een rij. Of afgelopen zaterdag in de trein naar Rotterdam. Twee dames die een bank verderop zaten en bespraken welke nieuwe mannen ze in ‘de club’ hadden ontmoet die in aanmerking komen om op aangename wijze te plunderen. Een pak stoepkrijt kost 39 cent en kan met een beetje fantasie zomaar een paar duizend euro opleveren. Wat doe je als je met een aantal schrijvers op een evenement staat en de tent waarin je staat zich meer dan zes meter van het hoofdpad bevindt en alleen toegankelijk is via een zompig grasveld? Dan raak je aardig in paniek wanneer je de eerste uren merkt dat er niets wordt verkocht omdat van die dertigduizend bezoekers bijna niemand je weet te vinden. En als je dan ook hoort dat er geen banners of affiches mogen worden opgehangen, wordt het tijd voor heel snel out-of-the-box denken. Dertigduizend bezoekers in drie dagen die je ziet langslopen. Inderdaad langslopen. Ze kijken om zich heen, maar vaak ook naar de grond voor zich. Tijd voor stoepkrijt. Met twee keer zes letters, zowel van links als rechts met een grote pijl naar de ingang van de tent. En op de grond in dikke, gekleurde letters: B O E K E N. Dus op je hurken en krijten maar. Voor het eerst van mijn leven. Met direct al mensen die blijven staan en vragen ‘’Oh, zijn hier die boeken?’ En vervolgens zo’n 800 mensen per dag die naar binnen lopen en boeken kopen. Voorzichtig geschat heeft die 39 cent voor de stoepkrijt meer dan drieduizend euro per dag aan omzet opgeleverd. Een return-on-investment waar iedere ondernemer (dus ook een ondernemende schrijver) van droomt. En op die zaterdag in de trein voor het ‘eerst’ eens ongegeneerd meegeluisterd met twee dames die bespreken hoe ze hun toekomst veiligstellen. Een paar zinnen uit dat gesprek: ‘Hij heeft voor vierenhalve ton aan antieke auto’s. Niet veel, maar interessant,’ zegt de jongste van de twee. De ander: ‘Is niet veel, en je moet die ouwe troep maar contant zien te maken. Heeft-ie ook nog een vrouw?’ ‘Ja, maar die kan ik wel aan. Zijn we zo kwijt.’ ‘Maar wel met alimentatie, die moet je er weer vanaf trekken. Ik vind dat je verder moet zoeken, vierenhalve ton is eigenlijk armoedig. Zou er niet aan beginnen. Weet je of-ie nog meer heeft?’ ‘Nee, zijn vrouw zat er de hele tijd bij. Kon hem niet uithoren.  Maar je hebt gelijk, ik kijk wel wat er vanavond op de club komt.’ ‘Hij moet minstens een ton of acht, negen hebben wil jij er eentje aan overhouden. Je moet dat goed plannen,’ zegt de oudste en kijkt weer op haar smartphone. Verder kon ik niets horen, maar de twee dames van begin dertig stapten op Rotterdam Centraal lachend uit de trein. Van ongegeneerd meeluisteren, leer je toch maar mooi dat ook die golddiggers hun klussen goed moeten plannen. En dat je als man pas in de risicosfeer komt als je tegen de miljoen euro hebt. Bij voorkeur natuurlijk contant. Maar nog even terug naar Wanneer was de laatste keer dat je iets voor de eerste keer hebt gedaan? Mag ik voorstellen dat ook jij in beweging blijft, blijft observeren en blijft ontdekken? De ene keer kan je speelsheid en nieuwsgierigheid gewoon omzet opleveren en een andere keer misschien een mooi verhaal om thuis aan je partner te vertellen. Die dan koeltjes laat weten dat je – helaas – nog hard moet werken voordat je op de radar van die klauwgrage golddiggers zult komen. Toen ik Rotterdam Centraal verliet en de twee dames voor me in een taxi zag stappen, vroeg ik me af ‘Wat zou je eigenlijk op een stoep moeten krijten om een golddigger naar binnen te lokken?’ Ach, laat ook maar. Eigenlijk wil ik het antwoord niet weten :-). Daniël Meyer heeft na zijn studie vliegtuigbouwkunde ook bedrijfskunde gestudeerd en ontwikkelde zich tot entrepreneur pur sang. Zijn ideeën hebben inmiddels geresulteerd in een aantal succesvolle projecten. Mede door zijn grote passie voor vliegen, komt hij in aanraking met de meest kleurrijke personen. Door zijn oprechte interesse in mensen hoort hij vaak verhalen die voor anderen verborgen blijven. En soms zijn deze gesprekken zo fascinerend en boeiend dat ze uitmonden in een eigen verhaal, zoals ‘Het masker van Venus’ en het ‘De man van Venus’.    
Afbeelding
geen
Marinus van de Velde
Ik ben Marinus van de Velde, van bouwjaar 1984. Ik mag mezelf de eigenaar noemen van ThrillZone! Ik lees al van jongs af aan. Mijn interesses liggen breed; Scandi, Nederlandstalig, spionage, maar ik vind Baldacci en Lee Child bijvoorbeeld ook geweldig. Lezen voor ThrillZone betekent soms het oprekken van je comfortzone en dat lukt goed!

Reactie toevoegen

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.