a href="http://www.thrillzone.nl/wp-content/uploads/2018/10/Yvonne-Franssen.jpg">
Wie? Hoe? Waarom?
Mensen vragen regelmatig of ik al met een nieuw boek bezig ben. Ik roep dan altijd heel enthousiast ja. Het is ook waar. Er zit een plot in mijn hoofd. En er staat een Word-document op mijn laptop met de veelbelovende titel ‘Nieuw manuscript versie 4’. In hetzelfde mapje bewaar ik overigens ook versie 1 tot en met 3. Je weet maar nooit. Het zou niet de eerste keer zijn dat mijn zichzelf voortdurend vernieuwende inzichten uiteindelijk tot de conclusie komen dat versie 1 zo gek nog niet was. Dan is het toch fijn als die nog beschikbaar is. Afgelopen weekend heb ik veel tijd doorgebracht met het lezen van versie 4. En met piekeren. Met nadenken beter gezegd, dat klinkt een stuk positiever. En er is meer dan genoeg reden voor positiviteit. Zo leest versie 4 bijvoorbeeld best lekker weg. Maar waar leest het naartoe? Nu ik inmiddels diverse boeken heb geschreven, ben ik me ervan bewust dat ik bepaalde voorkeuren heb. Zo schrijf ik graag in de tegenwoordige tijd en in de eerste persoon. Zelfs als er - zoals in Schaduwen – meer dan een verteller is, gebruik ik het liefst voor elke verteller de ik-vorm. Om het voor de lezer overzichtelijk te houden gebruik ik dan de namen van de hoofdpersonen als hoofdstukaanduiding. Verder vind ik het fijn om de dader aan het woord te laten, of in ieder geval een heleboel ruimte te geven in het verhaal. Om hem of haar als een wolf in schaapskleren onderdeel te laten zijn van het geheel. Strikt genomen heeft de dader in elke thriller de belangrijkste rol. Wie heeft wat wanneer waarom en hoe waar gedaan? Dat zijn meestal de vragen waar het om draait. Om die vragen te kunnen beantwoorden is het noodzakelijk dat je als schrijver je dader goed leert kennen. Mijn daders zijn tot nu toe altijd gewone mensen, geen doorgewinterde criminelen. Ze leiden meestal een onopvallend bestaan, totdat er op de een of andere manier een kink in de kabel komt, waardoor hun leven ineens op zijn kop staat. Het zou ons allemaal kunnen overkomen. En zo kon het gebeuren dat ik afgelopen weekend moest constateren dat ik best wel een beetje begrip heb voor de dader in ‘Nieuw manuscript versie 4’. Best veel begrip zelfs. Toch is er al minstens één dode gevallen, en moord is toch op zijn minst kwalijk te noemen. Afkeurenswaardig. Not done. Dus wat nu? Is mijn dader te sympathiek, het slachtoffer niet beklagenswaardig genoeg? Heb ik wellicht de verkeerde vermoord? Of heb ik misschien wel het goeie slachtoffer gekozen, maar niet de juiste moordenaar? Ik moet daar beslist eens lang en hard over nadenken. Maar terwijl ik dit schrijf ligt ‘Witte dood’, het nieuwe boek van Robert Galbraith alias J.K. Rowling naar me te lonken. Er zijn niet veel schrijvers naar wiens boeken ik uitkijk, maar Galbraith/Rowling is een uitzondering. Op dit boek heb ik maanden gewacht. 732 pagina’s puur leesgenot. Misschien toch maar eerst even een stukje lezen. Ter lering uiteraard, niet ter vermaak. Over de auteur: Yvonne Franssen heeft een grote liefde voor taal. Al sinds ze kan lezen, schrijft ze korte verhalen en versjes. Ze schreef jarenlang maandelijks een column voor een website en wist bij schrijfwedstrijden met haar verhalen diverse prijzen en publicaties in de wacht te slepen. In 2011 verscheen haar eerste thriller Talio, een jaar later gevolgd door De genius. In 2013 schreef ze ter gelegenheid van de Limburgse Avond van het Spannende Boek de minithriller Mysterie aan de Maas. In 2017 maakte Yvonne met de versjesbundel #omazegt een uitstapje buiten het thrillergenre, waarin ze nu is teruggekeerd met haar vierde thriller Schaduwen.Afbeelding
Marinus van de Velde
Ik ben Marinus van de Velde, van bouwjaar 1984. Ik mag mezelf de eigenaar noemen van ThrillZone! Ik lees al van jongs af aan. Mijn interesses liggen breed; Scandi, Nederlandstalig, spionage, maar ik vind Baldacci en Lee Child bijvoorbeeld ook geweldig. Lezen voor ThrillZone betekent soms het oprekken van je comfortzone en dat lukt goed!