‘De politie heeft een lijk gevonden’, zei Biller nogmaals, en hij klapte in zijn handen. ‘Dat zeggen ze, ja’, zei Abby. ‘Het is echt waar.’ Hij liep naar haar toe, leunde over haar toonbank en bracht zijn stem tot een fluistering terug, alsof het nieuws daardoor meer gewicht kreeg. ‘Ik zeg je, ze hebben een lijk gevonden op het eiland. Iedereen in de pub heeft het erover.’De lezer leert de hoofdpersonen kennen, doordat ook omschreven wordt hoe ze de dingen ervaren. Doordat ze zo levensecht worden, leef je steeds meer met ze mee. Na een tijdje wordt het lastig om het boek uit handen te leggen, want je wilt zelf, net als de beide vrouwen, weten hoe het zit. Dat is een thriller in optima forma. De moord houdt ook het hele eiland in zijn greep:
‘Iedereen wilde het over de moord hebben, maar Abby hoefde zich daar niet zo nodig in te mengen. Dat zou haar alleen maar ongerust maken, of erger nog: ze zou verraden dat ze zich zorgen maakte. In plaats daarvan hield ze zich bezig met scannen en inpakken, met ‘de volgende graag’ en ‘fijne dag’'.Als je tegen het einde van het boek denkt door te hebben hoe de vork in de steel zit, word je op knappe wijze ineens duidelijk gemaakt dat je de plank als lezer mis hebt geslagen! Met een heel spannende ontknoping eindigt dit verhaal dan met een onverwachts einde.
Schrijf jouw recensie!