Holly Black (1971) is een Amerikaanse bestsellerauteur van fantasyverhalen voor kinderen en volwassenen. Haar werk is in meer dan 30 landen verschenen, en bekroond met vele nominaties en prijzen. Blacks meest recente boeken behoren tot de Elfhame-serie. En nu is er dus ook het tweeluik van De gestolen erfgenaam, waarvan De verloren troon het afsluitende slotdeel is.
Prins Eik moet boeten voor zijn verraad en wordt gevangengenomen in het ijskoude Noorden waar een meedogenloze nieuwe koningin de scepter zwaait. Hij zal al zijn sluwheid en charme in de strijd moeten gooien om aan zijn boetedoening te ontsnappen. Ondertussen zullen Koning Cardan en Koningin Jude er alles aan doen om hun gestolen erfgenaam terug te krijgen. Aan de andere kant van Elfhame zal Eik een belangrijke keuze moeten maken. Blijft hij Elfhame trouw en overhandigt hij de noodzakelijke middelen om een einde te maken aan de oorlog? Of gaat hij proberen het vertrouwen terug te winnen van het meisje van wie hij altijd al heeft gehouden, en met haar zelfs een nieuw leven wil beginnen?Welke keuze hij hierin ook gaat maken, aan de horizon bedreigt een nieuwe oorlog. Het draait dan ook niet langer om wat Eik kan doen om iedereen van wie hij houdt in leven te houden. De vraag is eerder wie hij onverhoopt zal meeslepen zodat hij zelf heelhuids aan zijn lot kan ontsnappen.
Opnieuw heeft Holly Black een verhaallijn gecreëerd, welke is doorspekt met opmerkelijke fantasywezens waar een mythologische knipoog bij zit. Ze heeft daarmee de verhaallijn opnieuw kundig in pracht en praal gedompeld. Hierbij kan de magie natuurlijk niet ontbreken.
Het begint op het punt van zes weken voordat Prins Eik gevangen wordt genomen wegens verraad, waardoor de lezer eraan wordt herinnerd met welk achtergrondverhaal de lezer te maken heeft. De wereldopbouw maakt het opnieuw fascinerend, en men wil onverhoopt weten wat er met de opmerkelijke karakters staat te gebeuren. Het is alleen niet meteen duidelijk om welk hoofdpersonage het uiteindelijk zal gaan door de velen rollen die in het begin voorbijkomen, en dat maakt een directe klik met het verhaal voor de lezers eerst nog lastig. Het lijkt ook even te duren eer de lezer er lekker in zit. Wellecht is het meer de bedoeling dat men eerder een klik met de wereld zelf hoort te krijgen, niet zozeer met de doelen van de personages.
Manipulatie en samenzwering zijn duidelijk in de verhaallijn aanwezig, zo ook het weten waar je plaats is, en het stellen van grenzen. Prins Eik is in ieder geval één van de leidende hoofdrollen hierin. Macht en wraak zijn onderwerpen die veelvuldig voorbijkomen.
Zoals we van de auteur inmiddels gewend zijn, houdt ze er een ingetogen, teruggetrokken manier van schrijven op na, die bijna sereen met een oorlogszuchtig randje aanvoelt. Hierbij worden de karaktertrekken van de personages gestaag scherper, waardoor lezers toch in staat zullen zijn een aarzelende klik met hen te maken. De boeken die de auteur heeft geschreven in het kader van elfen, zullen dus langzaam in het hart van de lezer kunnen gaan nestelen, en wanneer elfen niet zo je ding zijn, zul je dan ook even aan hun wereld moeten wennen, alvorens die klik er echt is. Waar men eerder niet zo onder de indruk was van deze vage wereld, begint zich dan toch enige bewondering te ontluiken.
Hoewel de schrijfster een kalme manier van schrijven heeft, en er enige bewondering voor de personages zijn ontstaan, kan het verhaal op enkele momenten zich gaan voortslepen en daardoor zelfs een beetje saai overkomen. De auteur heeft er hier en daar wat actie in verweven, al voelen lezers niet echt een scherpe spanningsboog, ook niet tussen Prins Eik en zijn tegenstanders. Later wordt allemaal duidelijk waarom dat zo is, ook al blijkt dat er zelfs chantage om de hoek komt kijken.
Black rondt het tweeluik netjes af, waarbij verder geen losse eindjes zijn, en waarin Eik’s riskante plannetje niet helemaal is gelukt. Een enigszins schattig verhaal, al dan niet een beetje aan de rommelige kant. Een redelijk tussendoortje met de nodige magie en fantasy.