Haar fascinatie voor de lage landen waar de Zuid-Afrikaanse auteur Chanette Paul zowel Nederland als België toe rekent, brengt ze volledig tot uiting in haar eerste in Nederland en Vlaanderen verschenen thriller, Offerlam.
Als de 98-jarige moeder van Tineke Colijn en Cassandra Overberg op sterven ligt, informeert ze daar Cassandra (of Cazz) over. Er is echter wel een praktisch probleem, Tineke en haar moeder wonen in Gent, België en Cazz woont op een afstand van 6.000 kilometer in Overberg, Zuid-Afrika. Ondanks de niet zo leuke herinneringen aan het verleden, meent ze toch zo snel mogelijk naar Gent af te moeten reizen en de laatste uren van haar moeders leven in haar gezelschap te verkeren.
In België krijgt Lieve Luykens na een moeizame zoektocht, contact met de Vlaamse professor Luc De Reu. Zijn in Leuven woonachtige moeder, Ammie Pauwels heeft naar hem gevraagd. Haar tanende gezondheid maken het leven zwaar en ook bij haar beginnen de 82 levensjaren te tellen.

In Offerlam gaan beide verhaallijnen op deze wijze langzaam van start. Paul heeft vanuit meerdere perspectieven het verhaal opgezet om op deze manier heel duidelijk het individueel verleden van verschillende personages voor het voetlicht te kunnen brengen. Een verleden dat onder druk van de politieke geschiedenis in de voormalige Belgische kolonie, Congo voor veel lokale bewoners inhield dat het land verlaten de enige en beste optie was. In 1960 is de onafhankelijkheid uitgeroepen in dit Afrikaanse land en daarna was voor veel mensen de meest voor de hand liggende oplossing om in België een nieuwe toekomst op proberen te bouwen, dat moge duidelijk zijn. De auteur neemt de lezers aan haar hand om ze door deze donkere geschiedenis te leiden en een stukje cultuur voor te schotelen hoe de omstandigheden toentertijd waren en wat de consequenties daarvan nu nog zijn. Dat deel is eerder interessant dan spannend te noemen maar wel nodig om het vervolg te kunnen begrijpen. De ‘nieuwe bewoners’ van België hadden destijds een verleden uit Afrika meegenomen waarvan zou blijken dat het niet mogelijk was zich daar los van te maken.

Het verhaal kantelt als een lichaam wordt gevonden waarvan de doodsoorzaak geen natuurlijke blijkt te zijn. De lokale politie wordt ingeschakeld en wat in den beginne start als een eenvoudige moord blijkt snel complex te worden en terug te grijpen naar het donkere Afrikaanse verleden van een aantal mensen. Wat is gestart als een uiterst interessant en min of meer cultuurhistorisch verhaal, draait in korte tijd naar een spanningsopbouwende mondiale politieroman. Die move wordt door de auteur op werkelijk fantastische wijze gemaakt. Er ontstaan verdachten, er zijn motieven dus een beetje rechercheur kan daar wel een verdachte uit destilleren. Maar dan blijkt Paul ook de eigenschap te bezitten om lezers meermalen op het verkeerde been te zetten. En bij dit alles blijft het interessant met personages waar je van kunt gaan houden en die je al hun tegenslag niet gunt. Een compliment mag ook naar haar uit gaan voor de geografische en stedenbouwkundige kennis van steden als Gent, Leuven en zelfs het Nederlandse Amsterdam. Uiteindelijk mag de lezer aan het einde de toekomst van de twee feitelijke protagonisten zelf invullen. Vastgesteld kan worden dat de auteur een fantastische vertelkunst heeft. Met Offerlam heeft Chanette Paul door haar jarenlange ervaring als auteur meer dan voldoende krediet opgebouwd in het Nederlandse taalgebied om uit te zien naar het volgende vertaalde boek.