Let op: in deze recensie zitten spoilers uit het eerste boek.
Stel je een herberg voor, diep in de bergen van Colorado, op een heuvel ver van de bewoonde wereld. Normale mensen komen er niet, tenzij ze een doel hebben om er te zijn. Het is de enige plek waar de bewoners van vier magische wereld elkaar kunnen ontmoeten. Al deze werelden kruisen elkaar daar, via ondergrondse poorten. Het is een veilige haven, waarbinnen mensen uit alle werelden in vrede kunnen onderhandelen, samenwerken en feesten. De naam van de herberg is hier een afgeleide van: Havenfall, een creatie uit de hersenspinsels van auteur Sara Holland.
In het eerste boek, dat dezelfde naam kent als de herberg, lazen we over Maddie Marrow, die haar bewusteloze oom moest vervangen als herbergier, tijdens de belangrijkste periode van het jaar: de vredesconferentie van de vier aangrenzende werelden. Juist op het moment dat de kwade Zilveren Prins plannen heeft om de regie over te nemen. Met veel moeite, hulp en inspanning wisten Maddie en haar vrienden de vijand te verdrijven, maar ontdekten ze tegelijkertijd een verborgen markt in verboden, zwarte magie.
Feniksvlam is het tweede boek en volgt direct de draad van Havenfall. Nu de Zilveren Prins door Maddie’s toedoen uit Havenfall is verdreven, ligt haar focus op de illegale handel van magische voorwerpen met daarin de zielen van onschuldige – en tot voor kort gevreesde - Solarianen opgesloten. De jaarlijkse conferentie is nog altijd in volle gang, en dus moet Maddie ongezien opereren, om geen argwaan te wekken bij de aanwezigen. Een lastige taak, want hoewel haar oom weer bij kennis is, moet hij herstellen van de vloek waar hij aan leed. Maddie heeft in haar rol als inval-herbergier nog altijd de taak om de belangrijke bijeenkomst soepel te laten verlopen. Gelukkig krijgt ze hulp van de olijke Graylin, haar vriendje Brekken en vriendin Taya. Maar ook uit onverwachte hoek komt er steun, die alles te maken heeft met een gebeurtenis uit haar jeugd. Want een ontdekking in dit (vreselijke) verleden, doet niet alleen Maddie, maar ook het veilig gewaande Havenfall letterlijk en figuurlijk op haar grondvesten schudden. Alles wat veilig hoort te zijn en alles wat de waarheid scheen te zijn, is door het verborgen geheim compleet anders geworden.
Een speciaal, magisch object moet Maddie in staat stellen om naar de andere werelden te reizen en daar de confrontatie aan te gaan met hun grootste, en tot voor kort verbannen, vijand: de Zilveren Prins. De toekomst van Havenfall, en daarmee de toekomst van de wereld, staat op het spel, dus de inzet is hoog en de risico’s groot. Zal het Maddie lukken haar verleden te wreken en Havenfall te redden?
Het antwoord op deze laatste vraag zal voor een ervaren lezer wel gemakkelijk te beantwoorden zijn. De weg ernaar toe moet het verhaal interessant maken. En laat dat nou net een beetje tegenvallen. Net zoals in het eerste boek, schiet Sara Holland met zevenmijlslaarzen door het verhaal, met als gevolg dat enkele belangrijke passages in een of twee pagina’s al achter de rug zijn. Veel (andere) fantasyverhalen hadden in een fiks aantal minder bladzijdes verteld kunnen worden, maar Feniksvlam had veel meer profijt gehad van een fiks aantal meer pagina’s – net zoals het vorige boek dus. Het verhaal had dan meer episch en veel boeiender geweest. Nu blijft het oppervlakkig en kent het een dunne spanningsboog, juist omdat het zo van de hak op de tak schiet.
Aan de andere kant; dat Holland in zo weinig pagina’s zo’n fascinerende wereld heeft gebouwd, getuigt van een groot talent. De vier werelden, Havenfall zelf, maar ook de personages, zijn kleurrijk, uniek en ontzettend boeiend. Gelukkig krijgen de lezers in dit deel ook een kijkje in de andere werelden, die in het eerste boek alleen nog van een afstand beschreven werden.
Zo is Fiordenkill een prachtige wereld met ijsbruggen en door sneeuw samengeperste paleizen. Er wordt gereden op enorme wolven en in het bosrijke gebied zwerven gigantische beren. Holland brengt dit met een zwierige pen tot leven. Helaas is dit bezoek ook van korte duur en neemt de auteur ons snel weer mee terug naar Havenfall.
Meer bladzijdes, meer tijd voor de uitwerking en achtergronden, en vooral meer geduld met de plot, had zoveel meer bijgedragen. Neemt niet weg dat Feniksvlam wel gewoon een fijn boek is, dat helemaal past bij de populaire YA-fantasy van dit moment, met een geheel originele insteek en een puike worldbuilding. Laten we dus van harte hopen dat Holland de lezers niet definitief afscheid heeft laten nemen van de aangrenzende werelden, en dus met meer verhalen komt. Er is nog zoveel meer te vertellen!