Soms zijn er van die series die al jarenlang mee draaien in het thrillergenre, maar waar je gewoonweg nog nooit aan bent begonnen. Sigma Force is er daar eentje van, voor ons in elk geval. James Rollins, ooit dierenarts maar nu fulltime schrijven, is de geestelijk vader van dit team, die als een soort avonturiers naar alle uithoeken van de aarde wordt gestuurd om daar bizarre zaken op te lossen. Het zesde uitsterven is alweer het tiende deel in de reeks.
Tijdens een excursie met toeristen in de Amerikaanse woestijn krijgt kampwachter Jenna Beck een noodoproep. Op een afgelegen legerbasis wordt een noodkreet gedaan:
“Dood ons allemaal…”
Beck snelt naar de plek en wordt daar geconfronteerd met een bizar tafereel. Klaarblijkelijk deed het Amerikaanse leger op de basis experimenten met biologisch en synthetisch materiaal, want iets vernietigt álles in de directe omgeving. Beck wordt onder vuur genomen door vijandelijke soldaten die een wetenschapper ontvoeren van de ‘site’. Ze kan niet anders dan Sigma Force vragen om haar te helpen…
Zoals gezegd, draagt het team van Sigma Force alweer een tijdje mee. Het team bestaat uit personages als Gray Pierce en Painter Crowe. De namen zeggen het al; ruwe bolsters, blanke pit. Ze worden bijgestaan door andere karakters, maar allemaal worden ze niet echt uitgediept. Het hoeft ook niet, want het draait in deze thrillers om actie en avontuur. En daarvan is in Het zesde uitsterven meer dan genoeg aanwezig.
Vanaf pagina één is het fasten your seatbelts geblazen. De actie volgt elkaar snel op, en dat geldt ook voor de locaties. Van de woestijn van Utah, naar de Zuidpool en door naar de jungle van Zuid-Amerika. Rollins beschrijft alles zeer filmisch, waardoor het lijkt alsof je als lezer naar een film zit te kijken.
Het verhaal is een soort mix tussen de Covert One-serie van Robert Ludlum en ‘Dan Brown’ én dan met een sausje Indiana Jones. Het Sigma team is onderdeel van de Amerikaanse defensieorganisatie DARPA en wordt opgeroepen wanneer er bijzondere gebeurtenissen hebben plaatsgevonden waar niemand raad mee weet. Vaak gaat het dan om een mix van historische gebeurtenissen (Dan Brown) en biologische of chemische zaken (Covert One). De mix werkt voor James Rollins erg goed. Daarnaast voegt de auteur er in Het zesde uitsterven zelfs nog wat horror in toe, want de creaties hij hij op de Zuidpool neerzet, zijn niet voor de poes. Tenslotte is ook de tegenstander passend; een megalomane creatuur van narcistische proporties. Kortom, een heerlijke vijand.
Ondanks dat het boek ruim 400 pagina’s telt, raas je er als lezer doorheen. Dit komt door de filmische schrijfstijl en hoog tempo. Het zesde uitsterven is kortom een boek voor de liefhebbers van een avonturenthriller op steroïden. Puur amusement!