Rick Meijer debuteerde in 2017 als kinderboekenschrijver met het leesboek Breekpunt, die meteen genomineerd werd voor De Hotze de Roosprijs. Al snel volgde Onderschept, zijn tweede boek die hij samen met Gerard van Gemert schreef. Een prentenboek, waarin hij kinderen op speelse wijze leert omgaan met angsten en je hart te volgen, kwam hierna, en draagt de titel Ik ben echt niet bang. Dit laatste thema brengt hij graag mee naar basisscholen, waar Rick vertelt hoe hij zijn dromen najaagt. Autumnville is zijn zesde boek voor de jeugd, waarbij ook passende muziek hoort. Het liedje Walls heeft hij hiervoor ook zelf geschreven.
Het stadje Autumnville is op het eerste gezicht een doodgewoon plaatsje. Echter, sinds Hugo’s opa is overleden, is hij niet echt meer zichzelf, iets dat hij zelf dan ook niet doorheeft. Liever zit hij alle dagen op de oude zolder boven de boekwinkel van zijn opa verhalen te lezen. Zijn ouders maken zich grote zorgen. Dan mag Hugo iets ongewoons doen. Voor het eerst sinds het overlijden van zijn opa mag hij in zijn eentje de boekwinkel, die nu van zijn vader is, afsluiten. Hugo neemt deze taak, al dan niet even in verwarring gebracht, uiterst serieus. Zorgvuldig controleert hij of er geen klanten meer in de winkel zijn. Maar wanneer Hugo daarna buiten staat en de sleutel in het slot steekt, hoort hij een meisje zijn naam roepen. De stem komt uit de winkel. Toch weet Hugo heel zeker dat daar niemand meer is. Hij heeft tenslotte alles goed gecontroleerd. Behoedzaam neemt hij de omgeving buiten in zich op, maar ook daar is niemand. Heeft hij het zich soms verbeeld? Is het zijn uitgesproken fantasie, of zijn het hersenspinsels die hem parten spelen? Al snel lijkt het erop dat Autumnville dan toch niet zo doodgewoon is als dat hij in de eerste plaats had gedacht. En kan hij het mysterie van de Wolf uit zijn nachtmerries ontrafelen?
Rick Meijer drenkt Autumnville meteen in melancholie, waarbij enkele metaforen, een talent dat de schrijver goed onder de knie blijkt te hebben, het verhaal sieren. Vooral de metafoor over de sleutel en de deur: er is geen sleutel nodig, want de deur van Hugo staat altijd wagenwijd open. Dit soort beeldspraak zet de lezer aan het denken.
De sfeer van het stadje Autumnville, de boekwinkel van zijn gestorven opa; het lijkt allemaal te passen bij de grimmige setting. De lezer proeft een zweem van verschillende emoties, waarvan een sluimerend verdriet toch het meeste aanwezig is. Daarnaast passeren thema’s als verantwoordelijkheidsgevoel, trots, vriendschap, onzekerheid, angst, en volwassen worden de revue. Voor de doelgroep zijn deze thema’s herkenbaar. Net zoals de manier waarop de emoties worden uitgebeeld.
De auteur heeft een subtiele spanning in de verhaallijn weten aan te brengen, die de lezer aan het boek gekluisterd houdt. Wanneer Hugo’s moeder een wel hele opmerkelijke uitspraak op drievierde van het boek doet -ze heeft hem nodig en dat laat zij maar al te graag horen- is dat het moment dat de lezer zich pas echt gaat afvragen wat er daadwerkelijk aan de hand is. Naarmate het verhaal vordert lijkt het dus allemaal steeds vreemder te worden. Zelfs zo vreemd dat men vanzelf wel gaat denken dat er meer onder het oppervlak moet liggen, dan dat je in de eerste instantie kunt zien. De pagina’s die met muzieknoten genummerd zijn hebben een duidelijke aanduiding; een grotere betekenis met een extra gelaagde boodschap. Dat blijkt uit de muziek die de lezer erbij kan luisteren.
Lezers zullen zich afvragen wie de Wolf uit Hugo’s nachtmerries is. Het is ronduit interessant om te zien hoe de ouders van Hugo met de opmerkelijke gebeurtenissen en het opvallende gedrag van hun zoon omgaan. En ook dat brengt de lezer weer bij de conclusie dat de manier van reageren een hele andere reden heeft.
De verhaallijn doet denken aan klassieke horrorspellen zoals Visage, Martha is dead, Mirror Forge en Madison. Naarmate je in dit soort spellen verder komt wordt er ook meer van het achtergrondverhaal prijsgegeven. En dat is precies hoe de verhaallijn zich ontvouwt.
Autumnville begint dus vrij normaal en slaat om naar een steeds vreemdere gewaarwording. Als Urban Young Adult nog niet een genre zou zijn, dan bestaat dat genre vanaf nu. Rick Meijer heeft het bij deze uitgevonden. Een briljant verhaal, ondanks dat dit misschien niet door elke jeugdige lezer direct begrepen zal worden. Het levert hoe dan ook een mooi moment van mijmering op.