Tomas Ross is een van die schrijvers die het fenomeen faction hebben uitgevonden. Ross verheft dit in zijn boeken tot een ware kunst: feitelijke gebeurtenissen verwerken in een thriller. Zijn boek De Zesde Mei is daar een goed voorbeeld van: wie zat er achter de moord op Pim Fortuyn?
Onze vrouw in Tripoli was overigens al eerder klaar voor publicatie (begin 2012), maar door het ongeluk van prins Friso is de uitgave uitgesteld tot de tweede helft van 2012. Onze vrouw in Tripoli gaat vrolijk op de ingeslagen weg -van vermenging van feiten en fictie- door. Deze keer staat de klungelige evacuatiemissie van een Nederlandse marinehelikopter begin 2011 in Libië centraal. Daarbij werden de bemanning en de evacues gearresteerd. Hoofdpersonen in dit verhaal zijn de ex-diplomaat Willem van Lanschot en Mabel van Oranje, vrouw van prins Friso.
Ik val maar meteen met de deur in huis. Zoals we van Ross gewend zijn, is het verhaal redelijk ingewikkeld. En “Onze vrouw in Tripoli” spant wat mij betreft de kroon, zo nu en dan op het vervelende af.
Het verhaal begint in Libië, waar het voetstuk waar Khadaffi op staat, steeds meer wankel wordt. Mabel probeert daar via de zoon van Khadaffi haar doel te verwezenlijken. Welk doel is dat dan? Dat wordt pas later in het boek uit de doeken gedaan. De andere hoofdpersoon, Willem van Lanschot, geniet ondertussen van zijn pensioen in een klein Frans dorpje. Zijn dagen bestaan uit wijn drinken met zijn buurvrouw en archeologische opgravingen. Dan krijgt hij te horen wie zijn vrouw Anne heeft vermoord: de terrorist Hassan Tantor, die connecties met Khadaffi heeft. Deze informatie krijgt hij van Camilla Edström, een model dat haar ouders verloor tijdens de aanslag op een vliegtuig boven Lockerbie. Van Lanschot en Edström hebben dus hetzelfde doel: wraak nemen. Samen belanden ze in Libië om hun doel te bereiken.
In Onze vrouw in Tripoli worden dus verschillende verhaallijnen verteld, die ook nog eens vanuit verschillende perspectieven verhalen: van Lanschot in de ik-persoon met zo nu en dan flashbacks en de rest vanuit de derde persoon. De lezer die verwacht een gemakkelijk boek te pakken komt van een koude kermis thuis. Je moet ten allen tijde je hoofd erbij houden, anders mis je essentiële informatie. En dat Ross dit zelf ook door heeft, blijkt uit de zich steeds herhalende vragen die de hoofdpersonen stellen.
Ondanks de complexiteit van het verhaal boeit het over de hele lijn toch genoeg om door te gaan met lezen en uiteindelijk leg je na de laatste bladzijde het boek met een voldaan gevoel weg.
Afbeelding
Serie
N.v.t.
Auteur(s)
Tomas Ross
Uitgeverij(en)
Cargo
Jaar van uitgave
Thrillzone score
Review date
10 november 2013
Categories
Nederlandstalig
Deel deze recensie
Afbeelding
Marinus van de Velde
Ik ben Marinus van de Velde, van bouwjaar 1984. Ik mag mezelf de eigenaar noemen van ThrillZone! Ik lees al van jongs af aan. Mijn interesses liggen breed; Scandi, Nederlandstalig, spionage, maar ik vind Baldacci en Lee Child bijvoorbeeld ook geweldig. Lezen voor ThrillZone betekent soms het oprekken van je comfortzone en dat lukt goed!
Onze vrouw in Tripoli was overigens al eerder klaar voor publicatie (begin 2012), maar door het ongeluk van prins Friso is de uitgave uitgesteld tot de tweede helft van 2012. Onze vrouw in Tripoli gaat vrolijk op de ingeslagen weg -van vermenging van feiten en fictie- door. Deze keer staat de klungelige evacuatiemissie van een Nederlandse marinehelikopter begin 2011 in Libië centraal. Daarbij werden de bemanning en de evacues gearresteerd. Hoofdpersonen in dit verhaal zijn de ex-diplomaat Willem van Lanschot en Mabel van Oranje, vrouw van prins Friso.
Ik val maar meteen met de deur in huis. Zoals we van Ross gewend zijn, is het verhaal redelijk ingewikkeld. En “Onze vrouw in Tripoli” spant wat mij betreft de kroon, zo nu en dan op het vervelende af.
Het verhaal begint in Libië, waar het voetstuk waar Khadaffi op staat, steeds meer wankel wordt. Mabel probeert daar via de zoon van Khadaffi haar doel te verwezenlijken. Welk doel is dat dan? Dat wordt pas later in het boek uit de doeken gedaan. De andere hoofdpersoon, Willem van Lanschot, geniet ondertussen van zijn pensioen in een klein Frans dorpje. Zijn dagen bestaan uit wijn drinken met zijn buurvrouw en archeologische opgravingen. Dan krijgt hij te horen wie zijn vrouw Anne heeft vermoord: de terrorist Hassan Tantor, die connecties met Khadaffi heeft. Deze informatie krijgt hij van Camilla Edström, een model dat haar ouders verloor tijdens de aanslag op een vliegtuig boven Lockerbie. Van Lanschot en Edström hebben dus hetzelfde doel: wraak nemen. Samen belanden ze in Libië om hun doel te bereiken.
In Onze vrouw in Tripoli worden dus verschillende verhaallijnen verteld, die ook nog eens vanuit verschillende perspectieven verhalen: van Lanschot in de ik-persoon met zo nu en dan flashbacks en de rest vanuit de derde persoon. De lezer die verwacht een gemakkelijk boek te pakken komt van een koude kermis thuis. Je moet ten allen tijde je hoofd erbij houden, anders mis je essentiële informatie. En dat Ross dit zelf ook door heeft, blijkt uit de zich steeds herhalende vragen die de hoofdpersonen stellen.
Ondanks de complexiteit van het verhaal boeit het over de hele lijn toch genoeg om door te gaan met lezen en uiteindelijk leg je na de laatste bladzijde het boek met een voldaan gevoel weg.