De ziekte van Cotard is een zeldzame aandoening, die veelal voorkomt bij mensen die een ernstige neurotische aandoening hebben. Iemand met de ziekte van Cotard heeft het gevoel dat hij of zij dood is, dat hij/zij niet bestaat en dat zijn organen of bloed niet aanwezig zijn. De ziekte is vernoemd naar de Jules Cotard. Deze Franse neuroloog beschreef als eerste de aandoening. Hij leefde van 1840 tot 1889. Dit is wat Wikipedia in ieder geval over de ziekte schrijft.
Het moet een bizar iets zijn om te denken en geloven dat je dood bent. Of dat je organen niet volledig aanwezig zijn in je lichaam. Deze bizarre ziekte speelt een dominante rol in de Fiona-reeks geschreven door Harry Bingham. Fiona Griffiths is het hoofdpersonage en lijdt aan deze zeldzame ziekte.
Fiona is een politieagente van het raarste soort. En dat vindt ze zelf ook, dus dat scheelt. Dan kun je het ook zo gewoon uitspreken. Ze vindt zichzelf niet passen in de wereld waarin ze leeft. Deze wereld speelt zich af in Cardiff. En hoewel haar leven er steeds logischer begint uit te zien, vindt ze dat zelf nog altijd ongelooflijk. Ze heeft een vriend in de persoon van Buzz, ook werkzaam bij de politie. En ze doet dingen die normale mensen ook doen, maar toch zit de ziekte van Cotard haar flink dwars.
Jaren geleden is er in Cardiff een meisje verdwenen. De zaak is nooit opgelost en het meisje is nooit gevonden. Maar nu worden er opeens achter elkaar twee lijken gevonden. Het ene is van het vermiste meisje en een leraar. Het meest bizarre van alles is dat beiden zijn gevonden op verschillende plaatsen. Ze zijn namelijk beiden in stukken gehakt en worden in vriezers en andere ongure plekken gevonden. Het plaatst de politie en Fiona uiteraard voor een raadsel. Wie doet zoiets en waarom de moeite nemen de lijken over verschillende plaatsen te verspreiden. En hebben de moorden wat met elkaar te maken? Of is er een zogeheten copycat in het spel?
Harry Bingham heeft in zijn tweede boek over Fiona het weer voor elkaar gekregen om de lezer op een verrassende manier te boeien. Echt veel actie en sensatie is er niet te vinden, maar de strijd van Fiona met haarzelf en haar aandoening is echt fantastisch om te lezen. Bizar bij tijden, op een rare manier ook humoristisch en hoe Fiona haar werk als politieagente soms doet is ronduit stuitend. Maar dat maakt Fiona: In koelen bloede juist wat het een mooi boek maakt. Van begin tot eind verwacht je eigenlijk dat ze zal instorten en de strijd tegen een normale wereld gaat verliezen.
Het moet een bizar iets zijn om te denken en geloven dat je dood bent. Of dat je organen niet volledig aanwezig zijn in je lichaam. Deze bizarre ziekte speelt een dominante rol in de Fiona-reeks geschreven door Harry Bingham. Fiona Griffiths is het hoofdpersonage en lijdt aan deze zeldzame ziekte.
Fiona is een politieagente van het raarste soort. En dat vindt ze zelf ook, dus dat scheelt. Dan kun je het ook zo gewoon uitspreken. Ze vindt zichzelf niet passen in de wereld waarin ze leeft. Deze wereld speelt zich af in Cardiff. En hoewel haar leven er steeds logischer begint uit te zien, vindt ze dat zelf nog altijd ongelooflijk. Ze heeft een vriend in de persoon van Buzz, ook werkzaam bij de politie. En ze doet dingen die normale mensen ook doen, maar toch zit de ziekte van Cotard haar flink dwars.
Jaren geleden is er in Cardiff een meisje verdwenen. De zaak is nooit opgelost en het meisje is nooit gevonden. Maar nu worden er opeens achter elkaar twee lijken gevonden. Het ene is van het vermiste meisje en een leraar. Het meest bizarre van alles is dat beiden zijn gevonden op verschillende plaatsen. Ze zijn namelijk beiden in stukken gehakt en worden in vriezers en andere ongure plekken gevonden. Het plaatst de politie en Fiona uiteraard voor een raadsel. Wie doet zoiets en waarom de moeite nemen de lijken over verschillende plaatsen te verspreiden. En hebben de moorden wat met elkaar te maken? Of is er een zogeheten copycat in het spel?
Harry Bingham heeft in zijn tweede boek over Fiona het weer voor elkaar gekregen om de lezer op een verrassende manier te boeien. Echt veel actie en sensatie is er niet te vinden, maar de strijd van Fiona met haarzelf en haar aandoening is echt fantastisch om te lezen. Bizar bij tijden, op een rare manier ook humoristisch en hoe Fiona haar werk als politieagente soms doet is ronduit stuitend. Maar dat maakt Fiona: In koelen bloede juist wat het een mooi boek maakt. Van begin tot eind verwacht je eigenlijk dat ze zal instorten en de strijd tegen een normale wereld gaat verliezen.
Image
Marinus van de Velde
Ik ben Marinus van de Velde, van bouwjaar 1984. Ik mag mezelf de eigenaar noemen van ThrillZone! Ik lees al van jongs af aan. Mijn interesses liggen breed; Scandi, Nederlandstalig, spionage, maar ik vind Baldacci en Lee Child bijvoorbeeld ook geweldig. Lezen voor ThrillZone betekent soms het oprekken van je comfortzone en dat lukt goed!
Het moet een bizar iets zijn om te denken en geloven dat je dood bent. Of dat je organen niet volledig aanwezig zijn in je lichaam. Deze bizarre ziekte speelt een dominante rol in de Fiona-reeks geschreven door Harry Bingham. Fiona Griffiths is het hoofdpersonage en lijdt aan deze zeldzame ziekte.
Fiona is een politieagente van het raarste soort. En dat vindt ze zelf ook, dus dat scheelt. Dan kun je het ook zo gewoon uitspreken. Ze vindt zichzelf niet passen in de wereld waarin ze leeft. Deze wereld speelt zich af in Cardiff. En hoewel haar leven er steeds logischer begint uit te zien, vindt ze dat zelf nog altijd ongelooflijk. Ze heeft een vriend in de persoon van Buzz, ook werkzaam bij de politie. En ze doet dingen die normale mensen ook doen, maar toch zit de ziekte van Cotard haar flink dwars.
Jaren geleden is er in Cardiff een meisje verdwenen. De zaak is nooit opgelost en het meisje is nooit gevonden. Maar nu worden er opeens achter elkaar twee lijken gevonden. Het ene is van het vermiste meisje en een leraar. Het meest bizarre van alles is dat beiden zijn gevonden op verschillende plaatsen. Ze zijn namelijk beiden in stukken gehakt en worden in vriezers en andere ongure plekken gevonden. Het plaatst de politie en Fiona uiteraard voor een raadsel. Wie doet zoiets en waarom de moeite nemen de lijken over verschillende plaatsen te verspreiden. En hebben de moorden wat met elkaar te maken? Of is er een zogeheten copycat in het spel?
Harry Bingham heeft in zijn tweede boek over Fiona het weer voor elkaar gekregen om de lezer op een verrassende manier te boeien. Echt veel actie en sensatie is er niet te vinden, maar de strijd van Fiona met haarzelf en haar aandoening is echt fantastisch om te lezen. Bizar bij tijden, op een rare manier ook humoristisch en hoe Fiona haar werk als politieagente soms doet is ronduit stuitend. Maar dat maakt Fiona: In koelen bloede juist wat het een mooi boek maakt. Van begin tot eind verwacht je eigenlijk dat ze zal instorten en de strijd tegen een normale wereld gaat verliezen.