Hugh Howey (1975) brak internationaal door met zijn Wool-trilogie, die in Nederland als de Silo-trilogie is uitgebracht. Hij beschreef daarin een wereld waarin de mens is veroordeeld to het leven onder de grond in enorme silo’s nadat de wereld door giftige dampen onbewoonbaar is geworden.
Met Zand staat het er alweer niet best voor met moeder aarde. Ergens in de toekomst is onze maatschappij verdwenen onder een dikke laag zand. De levensomstandigheden van een sterk uitgedunde wereldbevolking zijn zwaar en elke dag is een uitdaging om levend doorheen te komen. De schaarse levensbronnen die zo hard nodig zijn, liggen diep onder de zandvloer begraven en moeten door zogeheten zandduikers naar boven worden gehaald. Deze zandduikers halen naast water ook allerlei artefacten van de oude wereld naar boven. Tijdens een van zijn duiktochten stuit Palmer, een jongeman uit een familie van zandduikers, op een stad van wolkenkrabbers die zich op een paar honderd meter onder het zand bevindt. Vanaf dat moment is Palmer zijn leven niet meer zeker, want er zijn mensen die de locatie van de stad om allerlei duistere redenen geheim willen houden.
Zand is een boek dat zich door zijn relatief geringe omvang (279 pagina’s) en het grote aantal hoofdstukken (58) snel laat lezen. Er wordt door Hugh Howey bovendien weinig tijd uitgetrokken voor de mise-en-scene – er is een kaart voorin het boek dat schetsmatig aangeeft waar de actie voornamelijk plaatsvindt – en hij gaat al snel over tot actie. Die bestaat uit allerlei confrontaties tussen allerlei geboefte en de verschillende familieleden van Palmer. Zand is caleidoscopisch van opzet, waardoor het verhaal – of beter gezegd de verschillende actiescenes – vanuit diverse personen wordt waargenomen en daardoor nog meer vaart krijgt. Zo is er bijvoorbeeld Vic, de stoere oudere zus van Palmer, die zich van niets en niemand iets aantrekt, voortdurend haar eigen plan trekt en zich voornamelijk op haar gemak voelt tussen mensen van twijfelachtig allooi. Verder is er de jongere broer Connor die erg naar Palmer en Vic opkijkt en zijn positie in het leven nog moet bepalen.
De verschillende personages blijven net als de enscenering vrij schetsmatig van opzet, de dialogen maken hier en daar een wat houterige indruk, en de emoties van de diverse personages zijn soms wat moeilijk invoelbaar, maar dat mag allemaal de pret beslist niet drukken. Het boek kan het beste worden geconsumeerd als een smakelijk tussendoortje, waarbij er van de lezer qua oplettendheid niet al te veel gevraagd wordt. Het is een lekker ongecompliceerde post-apocalyptische thriller geworden, die vast veel mensen de nodige uurtjes leesplezier zal verschaffen.
Het ligt voor de hand - gelet op het open einde – dat er een vervolg komt. Dat geeft Hugh Howey mooi de gelegenheid om zijn nieuw gecreëerde wereld nader in te vullen. Dat zal ook nodig zijn als hij wil dat een eventuele vervolgreeks niet te snel buiten adem raakt. En dat is geen onbelangrijke voorwaarde voor de start van een succesvolle serie.
Met Zand staat het er alweer niet best voor met moeder aarde. Ergens in de toekomst is onze maatschappij verdwenen onder een dikke laag zand. De levensomstandigheden van een sterk uitgedunde wereldbevolking zijn zwaar en elke dag is een uitdaging om levend doorheen te komen. De schaarse levensbronnen die zo hard nodig zijn, liggen diep onder de zandvloer begraven en moeten door zogeheten zandduikers naar boven worden gehaald. Deze zandduikers halen naast water ook allerlei artefacten van de oude wereld naar boven. Tijdens een van zijn duiktochten stuit Palmer, een jongeman uit een familie van zandduikers, op een stad van wolkenkrabbers die zich op een paar honderd meter onder het zand bevindt. Vanaf dat moment is Palmer zijn leven niet meer zeker, want er zijn mensen die de locatie van de stad om allerlei duistere redenen geheim willen houden.
Zand is een boek dat zich door zijn relatief geringe omvang (279 pagina’s) en het grote aantal hoofdstukken (58) snel laat lezen. Er wordt door Hugh Howey bovendien weinig tijd uitgetrokken voor de mise-en-scene – er is een kaart voorin het boek dat schetsmatig aangeeft waar de actie voornamelijk plaatsvindt – en hij gaat al snel over tot actie. Die bestaat uit allerlei confrontaties tussen allerlei geboefte en de verschillende familieleden van Palmer. Zand is caleidoscopisch van opzet, waardoor het verhaal – of beter gezegd de verschillende actiescenes – vanuit diverse personen wordt waargenomen en daardoor nog meer vaart krijgt. Zo is er bijvoorbeeld Vic, de stoere oudere zus van Palmer, die zich van niets en niemand iets aantrekt, voortdurend haar eigen plan trekt en zich voornamelijk op haar gemak voelt tussen mensen van twijfelachtig allooi. Verder is er de jongere broer Connor die erg naar Palmer en Vic opkijkt en zijn positie in het leven nog moet bepalen.
De verschillende personages blijven net als de enscenering vrij schetsmatig van opzet, de dialogen maken hier en daar een wat houterige indruk, en de emoties van de diverse personages zijn soms wat moeilijk invoelbaar, maar dat mag allemaal de pret beslist niet drukken. Het boek kan het beste worden geconsumeerd als een smakelijk tussendoortje, waarbij er van de lezer qua oplettendheid niet al te veel gevraagd wordt. Het is een lekker ongecompliceerde post-apocalyptische thriller geworden, die vast veel mensen de nodige uurtjes leesplezier zal verschaffen.
Het ligt voor de hand - gelet op het open einde – dat er een vervolg komt. Dat geeft Hugh Howey mooi de gelegenheid om zijn nieuw gecreëerde wereld nader in te vullen. Dat zal ook nodig zijn als hij wil dat een eventuele vervolgreeks niet te snel buiten adem raakt. En dat is geen onbelangrijke voorwaarde voor de start van een succesvolle serie.
Afbeelding
Marinus van de Velde
Ik ben Marinus van de Velde, van bouwjaar 1984. Ik mag mezelf de eigenaar noemen van ThrillZone! Ik lees al van jongs af aan. Mijn interesses liggen breed; Scandi, Nederlandstalig, spionage, maar ik vind Baldacci en Lee Child bijvoorbeeld ook geweldig. Lezen voor ThrillZone betekent soms het oprekken van je comfortzone en dat lukt goed!
Met Zand staat het er alweer niet best voor met moeder aarde. Ergens in de toekomst is onze maatschappij verdwenen onder een dikke laag zand. De levensomstandigheden van een sterk uitgedunde wereldbevolking zijn zwaar en elke dag is een uitdaging om levend doorheen te komen. De schaarse levensbronnen die zo hard nodig zijn, liggen diep onder de zandvloer begraven en moeten door zogeheten zandduikers naar boven worden gehaald. Deze zandduikers halen naast water ook allerlei artefacten van de oude wereld naar boven. Tijdens een van zijn duiktochten stuit Palmer, een jongeman uit een familie van zandduikers, op een stad van wolkenkrabbers die zich op een paar honderd meter onder het zand bevindt. Vanaf dat moment is Palmer zijn leven niet meer zeker, want er zijn mensen die de locatie van de stad om allerlei duistere redenen geheim willen houden.
Zand is een boek dat zich door zijn relatief geringe omvang (279 pagina’s) en het grote aantal hoofdstukken (58) snel laat lezen. Er wordt door Hugh Howey bovendien weinig tijd uitgetrokken voor de mise-en-scene – er is een kaart voorin het boek dat schetsmatig aangeeft waar de actie voornamelijk plaatsvindt – en hij gaat al snel over tot actie. Die bestaat uit allerlei confrontaties tussen allerlei geboefte en de verschillende familieleden van Palmer. Zand is caleidoscopisch van opzet, waardoor het verhaal – of beter gezegd de verschillende actiescenes – vanuit diverse personen wordt waargenomen en daardoor nog meer vaart krijgt. Zo is er bijvoorbeeld Vic, de stoere oudere zus van Palmer, die zich van niets en niemand iets aantrekt, voortdurend haar eigen plan trekt en zich voornamelijk op haar gemak voelt tussen mensen van twijfelachtig allooi. Verder is er de jongere broer Connor die erg naar Palmer en Vic opkijkt en zijn positie in het leven nog moet bepalen.
De verschillende personages blijven net als de enscenering vrij schetsmatig van opzet, de dialogen maken hier en daar een wat houterige indruk, en de emoties van de diverse personages zijn soms wat moeilijk invoelbaar, maar dat mag allemaal de pret beslist niet drukken. Het boek kan het beste worden geconsumeerd als een smakelijk tussendoortje, waarbij er van de lezer qua oplettendheid niet al te veel gevraagd wordt. Het is een lekker ongecompliceerde post-apocalyptische thriller geworden, die vast veel mensen de nodige uurtjes leesplezier zal verschaffen.
Het ligt voor de hand - gelet op het open einde – dat er een vervolg komt. Dat geeft Hugh Howey mooi de gelegenheid om zijn nieuw gecreëerde wereld nader in te vullen. Dat zal ook nodig zijn als hij wil dat een eventuele vervolgreeks niet te snel buiten adem raakt. En dat is geen onbelangrijke voorwaarde voor de start van een succesvolle serie.