K. R. Valgaeren ( 1979) specialiseerde zich tijdens zijn studie Westerse Literatuur in de Nederlandse en Angelsaksische literatuur van de 19e eeuw. Inmiddels is hij schrijver van mysteries en gothic novels. In België, waar hij woont en werkt, en in Nederland ontving hij diverse prijzen voor zijn boeken.
De Ziener was zijn debuut in 2011. In 2012 verscheen Bloedlijn, het 2e deel over dezelfde hoofdpersoon. In 2022 kwam er een herziene versie uit van De Ziener, daar is deze recensie op gebaseerd. Dit najaar wordt de herziene versie van Bloedlijn verwacht. Andere boeken van zijn hand zijn Engelenlust, Seance en Blackwell.
In het nawoord van De Ziener schrijft Valgaeren dat hij als tiener fan was van de Vampire Chronicles van Anne Rice en zichzelf destijds beloofde ooit een vampierverhaal te schrijven. Waar hij beschrijft dat zijn eerste probeersels werden afgekeurd omdat het een kopie van haar stijl was, laat hij met deze herziene versie zien dat hij zijn eigen stijl inmiddels gevonden heeft. Een overeenkomst met de boeken van Anne Rice zou de aandacht voor de menselijke kant en ontstaansgeschiedenis van de vampier kunnen zijn, in plaats van dat deze enkel als gruwelijk individu wordt afgeschilderd. Het is een lijvig boek geworden (416 bladzijdes), maar het verveelt geen letter! Het verhaal, wat op historische feiten is gebaseerd, wordt boeiend geschreven in een prettige leesstijl, met af en toe humor, dan weer spanning, met goede beschrijvingen, zodat de lezer het voor zich kan zien.
Marianne wierp hem een blik toe die mij deed denken aan een ets die ik ooit had gezien waarop Medusa stond afgebeeld. Je weet wel, die mythologische figuur die haar kapsel heeft omgeruild voor een stel kronkelende slangen en haar ogen en mond wijd open heeft.
De Ziener begint met een terugblik naar een gruwelijke geschiedenis die zich afspeelde in 1538 in Borley, een klein dorpje in het zuidoosten van Engeland, met een vreselijke afloop.
Toen ze zag dat Valeth nog bij bewustzijn was, wrong ze zich met een ongekende inspanning los van haar bewaker en zeeg neer bij het gehavende lichaam van haar toekomstige man.
‘Valeth?’ zei ze met zijn hoofd in haar armen. Hij keek haar voor de laatste keer aan. ‘Zoek en je zult me vinden’, kreunde hij. Ze werd opnieuw vastgegrepen en van haar geliefde gescheiden.
Dan wordt de sprong gemaakt naar 2007 en maakt de lezer kennis met David Mayfair, een Belgische jongen, die wordt opgevoed door zijn Engelse oom, Dorian Walpole, in Londen, na het overlijden van zijn ouders. Naast de gebruikelijke levenslessen wordt hij door zijn oom ook opgeleid tot Ziener: iemand die voorbij het leven kan kijken en de dood kan zien.
Hij wordt uitgenodigd door de politie uit Borley om te helpen bij het onderzoek naar de afschuwelijke dood van twee tienermeisjes. David gaat er alleen heen en maakt vreemde dingen mee. Hij houdt contact met zijn oom om zijn bevindingen te delen. Dorian geeft hem raad.
‘Nee, dat kan inderdaad geen toeval zijn, maar in ons vak valt er nu eenmaal veel meer te vertellen over dat wat niet zeker is en zijn de zekerheden an sich op een hand te tellen. Misschien zorgt de omgeving er wel voor dat mensen gevoeliger worden voor zaken die niet alleen met onze vijf zintuigen zijn waar te nemen. David, dat zou eigenlijk de hoofdreden van jouw aanwezigheid ginds moeten zijn. Daarvoor heb ik je opgeleid. In tegenstelling tot het oplossen van spannende moordmysteries is dat het echte werk van een Ziener.’
Toch gaat David door met zijn zoektocht naar de oplossing van de moorden en komt daardoor terecht in een mysterieus huis.
David wandelde voorzichtig verder. Met elke stap die hij zette, zuchtte de houten vloer onder zijn gewicht. Het stof, dat het huis gedurende vele decennia had verzameld, dwarrelde als geesten uit een microkosmos in de straal van zijn zaklamp. Wat David echter het opvallend vond, waren de temperatuurschommelingen. Het ene moment leek het haast even koud in de pastorie als buiten, maar bij het nemen van een volgende stap kon het plots veel warmer worden, waarna de temperatuur weer even abrupt afzakte als ze gestegen was.
Het huis leeft, dacht hij. Ik voel zijn hete adem in mijn nek.
De afwisseling tussen gruwelijk spannende gebeurtenissen, dan weer dialogen waarin meer beschouwend tegen de situatie aangekeken worden gecompleteerd met de sfeerbeelden, maken dat het verhaal nergens saai wordt. De Ziener is echt zo’n boek dat je het liefst in een keer uit wilt lezen. En als het dan uit is, zit je met nieuwe vragen en wil je weten hoe het verder gaat. Dat maakt nieuwsgierig naar het vervolg, Bloedlijn.
Dit boek houdt je in zijn greep, net als een vampier!
Ik geniet tegenwoordig ter ontspanning van spannende boeken, historische romans, fantasy en science fiction, maar uitstapjes naar andere genres maak ik ook wel. Belangrijk voor mij aan een boek is dat ik graag meegenomen word naar een andere wereld, een ander milieu of een andere cultuur. Bij een thriller vind ik het belangrijk dat het lang spannend blijft en dat ik nieuwsgierig word gemaakt naar de personen in het boek.